De tijdelijke wet maatregelen covid-19 is in de Arbeidsomstandighedenwet opgenomen, werkzaamheden kunnen stilgelegd worden.
Via de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 is in de Arbeidsomstandighedenwet voor de toezichthouder in artikel 28 de mogelijkheid opgenomen om het werk stil te leggen als niet voldoende maatregelen worden getroffen om besmetting en verspreiding tegen te gaan. In artikel 3.2 van het Arbeidsomstandighedenbesluit zijn algemene uitgangspunten neergelegd over de inrichting van arbeidsplaatsen. Op basis van dit artikel moeten werknemers het werk zodanig kunnen verrichten dat hun veiligheid en gezondheid zo goed mogelijk is beschermd. Hiertoe behoort ook het “zindelijk en ordelijk” houden van de arbeidsplaatsen, maar is niet toereikend voor het voorkomen of beperken van de besmetting van werknemers, veroorzaakt door het covid virus en is een aanvullend artikel 3.2a toegevoegd (tijdelijke aanvullende eisen aan de arbeidsplaats). Het gaat hier om de volgende zaken:
- het in acht nemen van voldoende hygiënische voorzieningen;
- het geven van doeltreffende voorlichting en onderricht aan werknemers over de bestrijding van SARS-CoV- 2 op de arbeidsplaats; en
- het houden van adequaat toezicht op de naleving van de in dit artikel bedoelde noodzakelijke maatregelen en voorzieningen.
Zoals bij arbeidsomstandigheden gebruikelijk dient het bedrijf zelf invulling te geven aan deze verplichtingen. Belangrijk is dat ze, bij een eventuele controle door de Inspectie SZW, aantoonbaar opgevolgd worden.